Vanaf het begin was de peetvader, anders de ontvanger, alleen. Toen het meisje werd gedoopt, was de ontvanger de vrouw en als de jongen respectievelijk de man de peetvader was. Later begonnen ze de spirituele geboorte te vergelijken met de fysieke, dat wil zeggen, aangezien de vader en moeder deelnemen aan de geboorte van de baby, dus de moeder en vader moeten aanwezig zijn in de spirituele.
![Image Image](https://images.culturehatti.com/img/kultura-i-obshestvo/50/kto-mozhet-bit-krestnim.jpg)
Je hebt nodig
Godfather, peetmoeder - lijst van aanvragers
Gebruiksaanwijzing
1
Ouders
Moeder en vader van een kind hebben niet het recht zijn peettante te zijn. Het is vermeldenswaard dat man en vrouw niet de ontvangers van één baby kunnen zijn. Grootouders, ooms, tantes, broers en andere familieleden mogen peetvader of moeder worden. Het wordt aanbevolen om bloedmoeders in te nemen Er wordt aangenomen dat de bloedcommunicatie sterker wordt, omdat de ontvangers de tweede ouders van het kind zijn.
2
Orthodoxe christenen
Iemand die een orthodox-christen is en constant in de kerk leeft, kan ontvanger worden. Atheïsten en vertegenwoordigers van andere religieuze bewegingen kunnen geen peetouders zijn. In dit geval moet de peetvader noodzakelijkerwijs het geloofsartikel kennen en lezen tijdens het doopproces. De ontvanger zal dagelijks het gebed voor de peetzoon moeten lezen, aangezien hij nu verantwoordelijk is voor de spirituele opvoeding van het kind in de toekomst. Regelmatig kerkbezoek en onderwijs in het christelijk geloof maken integraal deel uit van de taken van de peter.
3
Leeftijd
Mensen onder de veertien kunnen geen peetouders worden, omdat ze niet de spirituele ervaring hebben die nodig is om de pasgeborene in het juiste geloof te onderwijzen.
4
Ministers van de kerk
Monniken en nonnen kunnen geen peetouders worden, omdat deze mensen de hele wereld hebben verlaten om zich te wijden aan vasten, gebeden en de strijd tegen hartstochten.
5
Het aantal peetouders
De christelijke kerk stelt dat de peetvader van de baby één moet zijn, maar van hetzelfde geslacht. Als een jongen wordt gedoopt, moet er een man zijn. Als het een meisje is, dan een vrouw. Vaak heeft een kind twee peetouders, maar misschien meer. Tegelijkertijd moet worden begrepen dat hoe minder de kleine persoon wordt waargenomen, hoe meer verantwoordelijk deze mensen zullen zijn in verband met hun peetoudersverantwoordelijkheden.
6
Gebrek aan ontvangers
Als de peetouders de doop niet kunnen bijwonen, wordt de ritus zonder hen uitgevoerd. In zeldzame gevallen is een procedure zonder peetouders toegestaan. In een dergelijke situatie wordt de priester beschouwd als de peetvader, maar de aanwezigheid van waarnemers wordt niet als verplicht geaccepteerd.
7