In orthodoxe kerken is de viering van Vespers enigszins anders dan de dienst van Vespers (alledaags). Dit komt allereerst tot uiting in een aantal speciale kerstliederen die door het koor worden uitgevoerd.
![Image Image](https://images.culturehatti.com/img/kultura-i-obshestvo/60/osnovnie-cerkovnie-pesnopeniya-prazdnichnoj-vecherni.jpg)
Feestelijke Vespers in dienst van de Nachtwake begint met het zingen van de 103e psalm. Dit gezang vertelt over de daad van God die de wereld schiep. Psalm 103 verheerlijkt de grootheid van God; de Heer wordt gezegend genoemd. Het gezang zelf begint met een oproep aan de menselijke ziel tot zegen van de Schepper. Op dit moment verricht de priester de wierook van de tempel.
Onder de speciale plechtige lofzangen van de feestelijke Vespers, 'Gezegend is de echtgenoot'. Dit zijn een paar korte verzen uit de eerste kathisma, die zeggen dat gezegend iemand is die zich niet met onreine zaken bezighoudt en niet deelneemt aan onrechtvaardige bijeenkomsten.
Een andere hymne van de feestelijke vespers is een gebed tot God, dat kort "Heer, mededogen" wordt genoemd. Daarin vraagt de gelovige de Heer om iemand toe te staan een avond zonder zonde te leven. Ook in dit gezang worden lof, glorie en eer gegeven aan alle drie de Personen van de Heilige Drie-eenheid.
Aan het einde van de Vespers zingt het koor de christelijke hymne 'Laat nu los'. Dit is het gebed van de rechtvaardige ouderling Simeon, dat in het evangelie staat geschreven. De oude man was voorzegd dat hij niet zou sterven voordat hij de geboren baby van Christus zag. Toen de Moeder van God op de veertigste dag het kindje Jezus naar de tempel bracht om de laatste aan God op te dragen, nam de oudste Simeon de baby in eigen handen en sprak hij de gebedswoorden uit dat de Soeverein (God) nu zijn slaaf van de wereld verlost van dit aardse leven.
Aan het einde van de feestelijke Vespers worden speciale plechtige troparia opgedragen die aan de vakantie zijn gewijd. Ook kan het koor het gebed zingen tot de Allerheiligste Theotokos "Wees gegroet, Wees gegroet". De woorden van de aartsengel Gabriël die op de dag van de aankondiging tot de Maagd Maria sprak, worden in gebed gebruikt.
Het laatste feest van Vespers is de 33ste psalm. Meer waarlijk, het eerste deel waarin de gelovige opnieuw God de eer geeft voor de geleefde dag.