De wereldwijde economische crisis, die in 2008 is begonnen, is bijzonder ernstig geworden voor sommige landen met economische problemen. In Europa was Griekenland bijvoorbeeld een van de kwetsbare staten. Om de huidige situatie in dit land te begrijpen, moet u de redenen kennen die negatieve veranderingen in de economie hebben veroorzaakt.
Ondanks de gemeenschappelijke munt en andere elementen van economische integratie is de ontwikkeling van de landen van de eurozone nogal ongelijkmatig. De succesvolle economieën van Frankrijk en Duitsland bestaan naast Griekenland en Spanje, die periodiek lokale crises opvangen.
De Griekse economie kon zich actief ontwikkelen na binnenkomst in het eurogebied. Deze kans werd echter niet volledig door haar benut. Door deelname aan pan-Europese economische programma's kreeg Griekenland toegang tot leningen, waar de regering kortzichtig van profiteerde. De overheidsschuld nam toe, maar de ontvangen middelen werden bijvoorbeeld irrationeel besteed om een aanzienlijk personeelsbestand te behouden.
De openbare sector in Griekenland heeft een prominente plaats in de economie - zij produceert tot de helft van het bruto binnenlands product. Het vertraagt echter ook de ontwikkeling van de economie in bepaalde gebieden - particuliere producenten kunnen vanwege beperkingen vaak niet volledig concurreren met de staat. Door leningen zijn zowel het personeel van ambtenaren als hun salarissen gegroeid. Dit ging echter niet gepaard met een reële stijging van de staatsinkomsten en arbeidsproductiviteit. Corruptie werd versterkt door corruptie, waarmee de staat niet effectief kon vechten.
Om haar populariteit te vergroten, ging de regering ook de sociale uitkeringen, zoals pensioenen, verhogen. Het heeft ook bijgedragen tot de groei van het begrotingstekort. Tegelijkertijd namen de problemen met het betalen van belastingen toe, wat de aanvulling van de begroting aanzienlijk verminderde.
Al deze negatieve trends overlappen de wereldwijde economische kudde, wat met name heeft geleid tot een afname van het aantal toeristen en verliezen in de sector die zo belangrijk is voor het land. De overheidsschuld overschreed het jaarlijkse BBP van het land en het begrotingstekort steeg tot 10%. De Griekse crisis werd zelfs voor de euro een bedreiging, waardoor andere EU-landen moesten ingrijpen. Er zijn verschillende programma's opgesteld, volgens welke de Griekse economie uit een langdurige recessie zou moeten komen.