Idealiter zou in de staatsbegroting het bedrag van de geplande inkomsten die in de factureringsperiode zullen komen, moeten overeenkomen met de kosten die de schatkist van het land zal maken. Maar dit financiële basisplan, waarin het land leeft, wordt niet altijd uitgevoerd. In sommige gevallen moeten autoriteiten meer uitgeven dan oorspronkelijk gepland.
Gebruiksaanwijzing
1
De staat heeft tal van financiële verplichtingen met betrekking tot de structuren die de werking ervan verzekeren, evenals die welke traditioneel worden gesubsidieerd of maatschappelijk significant zijn. De kosten omvatten het waarborgen van de staatsveiligheid, het in stand houden van de politie, het leger en het administratieve apparaat. Daarnaast wordt een deel van de middelen bestemd voor het onderhoud en de werking van de openbare sector van de economie en financiële steun voor kleine en middelgrote ondernemingen.
2
De zorg van de staat is ook de financiering van wetenschap, onderwijs, gezondheidszorg, een deel van de fondsen wordt ook besteed aan de betaling van uitkeringen, beurzen en pensioenen en milieubescherming. De staat heeft ook onvoorziene kosten die ontstaan bij grote rampen met een antropogeen en natuurlijk karakter. Daarnaast heeft de staat ook externe verplichtingen. Deze omvatten overheidsaankopen van goederen en diensten, waarmee bij de berekening van het BBP rekening is gehouden; overdrachten waarmee geen rekening is gehouden bij de berekening van het BBP; evenals het onderhouden van de buitenlandse schuld van het land.
3
Maar de staat heeft als financiële instelling eigen inkomstenbronnen. Deze omvatten voornamelijk belastinginkomsten die door zowel particulieren als rechtspersonen aan de staatsbegroting worden betaald. De premies voor sociale verzekeringen worden betaald aan de nationale begroting, die door alle ondernemingen wordt betaald. Bovendien houdt het ontvangstengedeelte van de begroting rekening met de winst die afkomstig is van ondernemingen in de openbare sector van de economie, evenals met inkomsten uit geldemissies en privatisering van staatsbedrijven.
4
Afhankelijk van de verhouding tussen uitgaven en inkomens, zijn er drie staatsbegrotingsvoorwaarden. Als de inkomsten en uitgaven gelijk zijn, wordt het budget als evenwichtig beschouwd. Als de inkomsten de uitgaven overtreffen, is er een begrotingsoverschot, als de uitgaven groter zijn dan de inkomsten, spreken ze van een begrotingstekort.
5
De belangrijkste reden voor het begrotingstekort is een sterke daling van de inkomsten ten opzichte van het geplande bedrag. De reden hiervoor kan de economische crisis, inefficiënt belastingbeleid en hogere uitgaven voor sociale behoeften zijn. De daling van de begrotingsinkomsten kan het gevolg zijn van een structurele reorganisatie van de economie, een klucht van belangrijke omstandigheden: oorlogen, rampen, enz. Ongeplande en niet-bevestigde financiële uitgaven kunnen ook een begrotingstekort veroorzaken.
6
Als de kloof tussen uitgaven en inkomsten tijdelijk is, wordt het tekort als willekeurig beschouwd. Het tekort wordt geldig genoemd als het de groei van de uitgaven in verhouding tot het inkomen aanzienlijk voor is. Deze waarde is gepland en de waarde ervan is vastgelegd in de begroting voor het nieuwe boekjaar. De werkelijke waarde overtreft vaak de geplande. Verminder het tekort door beslaglegging - verlaag de geplande kosten.