Macht is een recht en een kans om mensen te dwingen bepaalde handelingen of plichten uit te voeren, vaak in strijd met hun wensen. Dergelijke dwang kan vele vormen aannemen: van vrij milde, democratische methoden tot ronduit grof, autoritair en zelfs crimineel. De hoogste vorm van macht is de staat in de vorm van een administratief-politiek apparaat. En de eerste macht verscheen in de oudheid, zelfs ten tijde van het primitieve gemeenschappelijke systeem.
![Image Image](https://images.culturehatti.com/img/kultura-i-obshestvo/42/kak-voznikla-vlast.jpg)
Gebruiksaanwijzing
1
De mens uit het stenen tijdperk stond bijna hulpeloos tegenover de natuurkrachten. Om te overleven moest hij samenwerken met andere mensen. Alleen op deze manier kregen oude mensen de kans om zichzelf te verdedigen tegen roofdieren of voedsel te krijgen tijdens de jacht. Maar om gezamenlijke activiteiten te laten slagen, was coördinatie van gemeenschappelijke inspanningen noodzakelijk. Dat wil zeggen dat iemand het werk van alle leden van de clangemeenschap moest leiden. De meest ervaren en bekwame jager of oudste, die veel weet en weet hoe, werd meestal zo'n leider. Hij verdeelde verantwoordelijkheden, hield toezicht op de uitvoering ervan, strafte nalatige of onbekwame familieleden. Zo verschenen de eerste beginselen van macht.
2
In de loop van de tijd leerden oude mensen hoe ze vuur moesten gebruiken, om meer geavanceerde hulpmiddelen voor arbeid en jacht te maken, en beheersten ze de landbouw. Nu kregen ze meer wild, geoogst. Ze hadden vaak een overschot aan producten, producten van huiden, die beschermd moesten worden tegen andere tribale gemeenschappen, die niet zo succesvol waren in jagen en boeren of leven in minder gunstige gebieden. Dit vereiste militaire leiders - leiders met een grote macht. De leider had het recht om te bestellen en een lafaard of een ongehoorzaamheid streng te straffen.
3
Vervolgens begon een geleidelijke overgang van de clangemeenschap naar de naburige gemeenschap. Nu woonden de mensen niet onder hetzelfde dak in een groot gemeenschappelijk huis of in dezelfde grot en gingen ze niet samen jagen, vissen of veldwerk doen. Ze hadden echter nog steeds vaak bescherming nodig tegen vijandige buren. Kan ook de behoefte doen ontstaan aan algemeen noodwerk (bijvoorbeeld bij een natuurramp). En daarvoor was macht nodig, die alle leden van de gemeenschap gehoorzaamden. Daarom werd de rol van leider nog belangrijker. Bovendien werd deze functie vaak erfelijk en werd ze van vader op zoon overgedragen.
4
Na de ineenstorting van het primitieve gemeenschappelijke systeem, terwijl de productie bleef groeien, ontstond de behoefte aan de staat als een beheersapparaat dat voor alle gelegenheden algemene regels vaststelt en de uitvoering ervan controleert. Zo verscheen de staatsmacht.