STS is een vereenvoudigd belastingstelsel. De belastingaangifte voor het vereenvoudigde belastingstelsel bestaat uit twee delen, die aangeven hoeveel belasting is betaald bij gebruik van het aan de begroting verschuldigde minimumbelastingstelsel, en de berekening van de minimumbelasting die wordt betaald als gevolg van de toepassing van het vereenvoudigde belastingstelsel.
U kunt het vereenvoudigde belastingstelsel correct en vakkundig invullen, aan de hand van de volgende tips:
1. Geef in de regels 010 en 040 de code voor budgetclassificatie op.
2. Geef in regel 020 en 050 de code voor OKATO aan
3. Schrijf het belastingbedrag op regel 030 in roebel (de waarde moet overeenkomen met de indicator van regel 150 in het tweede deel van de aangifte).
4. Het te verlagen belastingbedrag moet op regel 060 in het tweede deel van de aangifte worden vermeld.
5. De juistheid van de informatie moet worden bevestigd door de handtekeningen van het hoofd en de hoofdaccountant van de onderneming en het zegel, of simpelweg de handtekening van de individuele ondernemer.
Het tweede deel van de aangifte is gewijd aan de berekening van de minimumbelasting door de belastingbetaler. Om het vereenvoudigde belastingstelsel, of beter gezegd het tweede deel ervan, correct en foutloos in te vullen, let op het volgende:
1. Afhankelijk van het gekozen belastingobject, wordt ofwel het derde hoofdstuk (als het "inkomen" object is geselecteerd) of het vierde hoofdstuk (bij het selecteren van het object "inkomen minus kosten") ingevuld.
2. Geef in regel 010 het bedrag van de ontvangen inkomsten aan.
3. Geef in de regel met de code 020 in de vierde kolom het bedrag van de uitgaven aan als de belastingbetaler voor "inkomen minus uitgaven" heeft gekozen.
4. Het verschil tussen het bedrag van de minimumbelasting die voor het laatste belastingtijdvak is betaald en het bedrag dat in de enkele belasting voor hetzelfde tijdvak is berekend, wordt aangegeven in regel 030 in kolom 4.
5. Inkomsten die zijn verminderd met het bedrag van de gemaakte kosten en verminderd met het bedrag van het hierboven genoemde verschil, moeten in regel 040 in de vierde kolom worden geregistreerd.
6. Als de berekende waarde negatief is, hoeft u deze niet op te geven.
7. De door de belastingplichtige geleden verliezen en de verlaging van de belastinggrondslag (maar niet meer dan 30%) worden in regel 50 in de vierde kolom vermeld.
8. Geef op regel 060 de belastinggrondslag voor belastingberekening aan (voer in kolom 3 de waarde in van regel 010, in kolom 4 geeft u het verschil aan in regels 040 en 050.)
9. Het belastingbedrag dat voor het belastingtijdvak is berekend, wordt geregistreerd in regel 080, in de derde en vierde kolom.
Als je ergens een negatieve waarde krijgt in de berekeningen, zet dan streepjes in de juiste kolommen.