Een fabel is een kort verhaal, meestal in poëtische vorm uitgedrukt. Het doel is om de houding van de auteur ten opzichte van een bepaald personage te weerspiegelen, een moraal uit te drukken, om ondeugden en tekortkomingen voor de gek te houden, beide inherent aan een bepaalde persoon, en een grote groep mensen, en zelfs de hele samenleving als geheel.
![Image Image](https://images.culturehatti.com/img/kultura-i-obshestvo/98/chto-takoe-basnya.jpg)
Niet alleen mensen kunnen fungeren als helden van fabels, ze kunnen ook dieren, planten en zelfs objecten zijn. In deze gevallen geeft de auteur hen menselijke eigenschappen: het vermogen om te spreken, karaktereigenschappen, enz. Het is gemakkelijk te begrijpen dat een fabulist een speciaal talent nodig heeft, omdat hem niet alleen 'met een paar woorden over veel' moet worden verteld, maar ook om het prachtig, bekwaam te doen, met de lezer geïnteresseerd. De beroemdste fabulist uit de oudheid is de beroemde semi-legendarische Aesop, die volgens historici in de 6e eeuw voor Christus leefde Het is moeilijk te zeggen of de informatie over zijn leven meer waarheid of fictie bevat. Maar ongetwijfeld was dit een buitengewoon getalenteerd persoon. Zijn geestige en levendige proza-fabels waren erg populair, hadden een grote invloed op de latere ontwikkeling van de literatuur. Uit zijn eigen naam ontstond het concept: 'Aesopische taal'. Het betekent dat de auteur van de fabel het schrijft alsof hij allegorisch is, de ware betekenis van zijn woorden wil verbergen, maar tegelijkertijd is het duidelijk genoeg voor een slimme, inzichtelijke lezer om te begrijpen wat er werkelijk wordt besproken. Later kwam het fabelgenre letterlijk tot bloei. Van de Europese auteurs was de Fransman Jean de Lafontaine, die in de 17e eeuw leefde, ongetwijfeld de meest opvallende fabulist. Zijn werken, geschreven in briljante, figuurlijke taal, zijn rijk aan filosofische redeneringen en lyrische uitweidingen. Lafontaine beschreef letterlijk alle aspecten van het leven, menselijke tekortkomingen en ondeugden, maar tegelijkertijd probeerde hij directe 'moraliserende', verwijtende opbouw te vermijden. Zijn fabels worden nog steeds als voorbeeldig beschouwd. In Rusland waren er ook veel bekwame fabulisten, bijvoorbeeld Trediakovsky, Sumarokov, Dmitriev. Maar natuurlijk is Krylov veel hoger dan zij (1768 - 1844). Allereerst omdat ze zijn geschreven in een onberispelijk literaire en tegelijkertijd echte volkstaal, dichtbij en begrijpelijk voor iedereen. Onsterfelijke Krylov's afbeeldingen - Swan, Cancer en Pike, die ermee instemden karren met bagage te dragen; een stelende vos die zich ertoe verbindt de kippen van andere mensen te bewaken; domme zelfgenoegzame aap die niet wist hoe hij een bril moest gebruiken; arrogante verraderlijke Wolf, klom per abuis in de kennel; en vele andere zijn allang gewone zelfstandige naamwoorden geworden, evenals uitdrukkingen als 'dingen zijn er nog'.