De Franse schrijver Victor Hugo staat bij bijna iedereen bekend als de auteur van een schitterend kunstwerk "Notre Dame de Paris". Hoewel dit natuurlijk verre van zijn enige roman is. Zelfs vandaag wordt Victor Hugo erkend als een van de meest gelezen schrijvers in Frankrijk. Zijn biografie is nog steeds interessant voor zowel specialisten als gewone literatuurliefhebbers.
![Image Image](https://images.culturehatti.com/img/kultura-i-obshestvo/78/gyugo-viktor-biografiya-karera-lichnaya-zhizn.jpg)
Hugo in de kindertijd en jeugd
Victor Hugo werd geboren in 1802 in de Franse stad Besancon, in de familie van een generaal van het Napoleontische leger. In de beginjaren van Victor's leven verhuisde de familie Hugo vrij vaak (dit was te wijten aan de bijzonderheden van de dienst van zijn vader) van de ene plaats naar de andere. In 1813 scheidden de ouders van de toekomstige schrijver en bleef de jongen bij zijn moeder in de hoofdstad - in Parijs.
Van 1814 tot 1818 werd Victor opgeleid aan het Lyceum van Louis de Grote, waar de kinderen van de edellieden voornamelijk werden opgeleid. Reeds in deze tijd raakte Hugo geïnteresseerd in literatuur - hij creëerde verschillende toneelstukken, vertaalde in het Frans de werken van de oude Romeinse dichter Virgil, componeerde een paar dozijn van zijn gedichten.
Van 1819 tot 1821 publiceerde Victor Hugo toevallig zijn eigen gedrukte tijdschrift - Le Conservateur littéraire. Op dit gebied bleek de schrijver een voorstander van de monarchie en een aanhanger van conservatieve royalistische opvattingen. Zijn politieke positie in de toekomst zal echter drastisch veranderen.
Het is vermeldenswaard een ander evenement met betrekking tot het persoonlijke leven van de jonge Hugo: in oktober 1822 trouwde hij met een lief meisje genaamd Adele Foucher. Het echtpaar kreeg uiteindelijk vijf kinderen - twee dochters en drie zonen.
De eerste romans en de komst van de romantiek
"Gan Icelander" was de naam van de eerste Hugo-roman die in 1823 werd gepubliceerd. En hoewel hij nogal druk werd bekritiseerd, zette de jonge Hugo zijn literaire carrière voort. In 1826 onthulde hij zijn tweede roman, getiteld Bug-Jargal. En in 1827 werd zijn toneelstuk 'Cromwell' uitgebracht, wat het volledige vertrek van Hugo uit het classicisme en zijn kanunniken betekende. Hij werd een aanhanger van de esthetiek van de romantiek.
In 1831 publiceerde Hugo de roman Notre Dame de Paris. In korte tijd werd hij vertaald in de belangrijkste Europese talen en werd zeer succesvol. Interessant genoeg was een van de doelen die Hugo bij het maken van dit boek had gesteld, het behoud van het gotische gebouw van de kathedraal (toen wilden ze het echt als niet-modern ontmantelen).
Hugo in de jaren veertig en begin jaren vijftig
In 1841 werd Hugo lid van de Franse Academie, in 1845 werd hij een peer (dat wil zeggen een van de vertegenwoordigers van de hogere klasse die het dichtst bij de vorst stond). En in 1848, na de volgende Franse Revolutie, werd hij zelfs tot lid van de Nationale Vergadering gekozen.
Hugo was sterk gekant tegen de staatsgreep van 1851. Toen Napoleon III (in feite de laatste vorst in de geschiedenis van Frankrijk) tot keizer werd uitgeroepen, werd de schrijver gedwongen zijn geboorteland te verlaten - hij vestigde zich in Brussel.